desondanks

1

obwohl (o)

niettegenstaande
2
niettegenstaande
3

trotz (o)

niettegenstaande
4
algemeen
algemeen
algemeen
7

trotzdem (o)

toch, niettemin, niettegenstaande, algemeen
8

aber (o)

bijwoord
9

jedoch (o)

toch, niettemin, niettegenstaande, algemeen
10

doch (o)

bijwoord, algemeen