beenden (Verb)

1

eindigen (v)

intransitiv
2

beëindigen (n v)

to complete, transitive: finish, terminate (something), vollenden, put an end to, Tätigkeit, allgemein, cause (something) to come to an end
allgemein
vollenden
vollenden
Aufgabe
Aufgabe
Aufgabe
Beendigung
intransitiv

Satzbeispiele & Übersetzungen

Verfahren zum Beenden der Kommunikation
Procedure om de verbinding te verbreken
Parlament will Betrug mit Firmenverzeichnissen beenden
Europarlementsleden vragen aan de commissie om een einde te maken aan de misleidende bedrijvengidsen
Wird sie eingreifen und diese Diskriminierung beenden?
Zal ze iets ondernemen om een einde te maken aan deze discriminatie?
Daher sei dieser Krieg zu beenden.
De Unie besteedt te weinig geld aan onderzoek en ontwikkeling.
Daher sei dieser Krieg zu beenden.
Zij vrezen tussen hamer en aambeeld terecht te komen.
Menschenrechtsverletzungen im Iran zu beenden
Verontreiniging door lozing van gevaarlijke stoffen
Menschenrechtsverletzungen im Iran zu beenden
Milieugevolgen van hoogactieve scheepssonar