DE NL Deutsch Niederländisch Übersetzungen für verschieden
verschieden (Adjektiv)
1
verschillend (a)
identisch, Eigenschaft, abweichend, verschiedenartig, not the same
- Die Laufzeit beider Komponenten kann gleich oder verschieden sein.
- De looptijd van beide componenten kan gelijk of verschillend zijn.
- Die Laufzeit beider Komponenten kann gleich oder verschieden sein.
- De looptijd van beide componenten kan hetzelfde of verschillend zijn.
2
verschillende (a)
allgemein, Anzahl
3
divers (adj adv)
different, Menge
4
Menge
Anzahl
6
apart (a)
verschiedenartig
ungleichartig
ungleichartig
9
allgemein
10
abweichend
Satzbeispiele & Übersetzungen
Die Sicherheitsleistungen waren ebenfalls grundlegend verschieden.
Ook de garanties verschilden wezenlijk.
Diese Vorschriften sind von Mitgliedstaat zu Mitgliedstaat verschieden.
Deze voorschriften verschillen van lidstaat tot lidstaat.
Sind diese Anforderungen je nach Mitgliedstaat verschieden?
Zijn deze vereisten voor elke individuele lidstaat anders?
Der Werte von m ist je nach Pumpe verschieden.
De waarden van m verschillen gewoonlijk tussen de ene pomp en de andere.