NL Niederländisch Wörterbuch 9301 bis 9350
- buiteling
- bepalend woord
- bullebak
- bullebijter
- bandespoor
- bijzaak
- berm
- bijzitster
- bandiete
- binnenhuisarchitect
- binnenhuisarchitecte
- binnenhuisarchitectuur
- beneveling
- berekeningen maken
- bemiddelden
- beurt
- barst
- berst
- betrekkelijk
- betrekkelijkheid
- betrekkelijk voornaamwoord
- betrekkelijke bijzin
- betekenisvol zijn
- beekje
- biggelen
- besproken
- besproken zijn
- back formation
- badmeester
- buizen
- buisvormig
- boleet
- basisproduct
- bietekroot
- biet