DE NL Deutsch Niederländisch Übersetzungen für gesellig
gesellig (Adjektiv | Adjektiv)
1
gezellig (a)
nett, Benehmen, Gespräch, of a person who enjoys being in crowds
2
vriendelijk (adj)
friendly, Gespräch, Benehmen
3
Benehmen
4
levenslustig (a)
Benehmen
5
sociabel (a)
Benehmen
6
hartelijk (a)
Benehmen
7
Benehmen
8
aanhalig (a)
Benehmen
9
joviaal (a)
Benehmen
10
Gespräch
Satzbeispiele & Übersetzungen
Hausputen sind sehr gesellig und sollten nicht einzeln gehalten werden.
Tamme kalkoenen zijn erg sociaal en dienen niet afzonderlijk te worden gehuisvest.