gar

1

gaar (adj v)

(of food) ready, fully cooked, Fleisch, Gemüse

Satzbeispiele & Übersetzungen

Gar nicht
Niets overgemaakt
Artikel 25 ist in Wirklichkeit gar keine Transparenzanforderung.
In werkelijkheid behelst artikel 25 geen enkele verplichting tot transparantie.
Ganz und gar nicht.
Dit is helemaal geen feestje.
Einige von ihnen wurden gar verletzt.
Sommigen werden ook gewond.
Es konnte gar nicht anders sein.
Het had ook niet anders gekund.
Frauen haben weniger Rechte oder gar keine Rechte.
Vrouwen hebben daar minder of helemaal geen rechten.
Sollten wir am Besten gar nichts tun?
of niets ondernemen niet de beste keuze is?
Die Opposition spricht gar von 70 Toten.
Volgens de oppositie is er evenwel sprake van 70 dodelijke slachtoffers.
fangen Sie gar nicht erst an!
; begin er niet mee.
Corbetts Kompromissantrag sei deshalb gar keiner.
Napolitano heeft een goed verslag geschreven.
Corbetts Kompromissantrag sei deshalb gar keiner.
Er is veel gesproken over de veiligheid op zee.