erleiden (Verb)

1

ondergaan (v)

unangenehm, Folgen
Verlust
3
Folgen, Verlust
  • Bei einem derartigen Szenario wird der Wirtschaftszweig der Union weiterhin erhebliche Verluste erleiden.
  • Onder een dergelijk scenario zal de bedrijfstak van de Unie aanzienlijke verliezen blijven lijden.
  • Aufgrund der Wirtschaftskrise erleiden die Automobilhersteller riesige Verluste.
  • Door de economische crisis lijden autoproducenten enorme verliezen.
Schmerz

Satzbeispiele & Übersetzungen

Beim LLNA erleiden die Versuchstiere weniger Qualen.
Dit betekent dat het ongerief voor dieren bij de LLKT geringer is.
Daher erleiden die Tiere beim LLNA weniger Schmerzen und Qualen.
Dit betekent dat de pijn en het ongerief voor dieren bij de LLKT geringer zijn.
In Europa erleiden jedes Jahr zwei Millionen Menschen einen Schlaganfall.
Twee miljoen mensen in Europa krijgen elk jaar een herseninfarct.