einverstanden

abgemacht
abgemacht
3
Übereinkunft
Übereinkunft
Übereinkunft

Satzbeispiele & Übersetzungen

damit einverstanden,
ermee akkoord te gaan
nicht damit einverstanden,
er niet mee akkoord te gaan
Die Berichterstatterin ist mit dem Standpunkt de Kommission einverstanden.
De rapporteur stemt in met het voorstel van de Commissie.
Der Berichterstatter ist mit diesem Ansatz einverstanden.
De rapporteur is het hiermee eens.
Ist sie mit der Politik des Obersten Rates einverstanden?
Is zij het eens met het beleid van de Raad van Bestuur?
Ist die Kommission mit dieser Liste einverstanden?
Gaat de Europese Commissie akkoord met deze lijst?
Ist sie mit dieser Abholzung einverstanden?
Gaat zij derhalve akkoord met deze kap?
Ist der Rat mit dieser Art des Vorgehens einverstanden?
Is de Raad het eens met de gevolgde procedure?
EUR einverstanden sind.
te ontvangen.