DE NL Deutsch Niederländisch Übersetzungen für Chef
Chef (Nomen)
1
chef (n)
Küche - Mann, person in charge, Mann, Gesellschaft - Mann
- Chef des Nachrichtendienstes; Chef des syrischen Geheimdienstes seit 2005; Beteiligung am gewaltsamen Vorgehen gegen die Demonstranten.
- Chef van de algemene inlichtingendienst; chef van de Syrische inlichtingendienst sinds 2005; is betrokken bij het harde optreden tegen de demonstranten.
2
chef-kok (n)
Küche - Mann
3
opzichter (n v adj)
supervisor
4
bazin (n v adj)
person in charge
5
hoofd (n)
Gesellschaft - Mann
- Chef von Khatam al-Anbiya
- Hoofd van Khatam al-Anbiya
- Chef der iranischen Polizei.
- Hoofd van Nationale Politie van Iran.
6
Gesellschaft - Mann, supervisor, person in charge, Mann
Satzbeispiele & Übersetzungen
Chef des Personalamts.
Generaal militaire benoemingen.
NL DE Niederländisch Deutsch Übersetzungen für chef
2
Chef (n)
bedrijf - man, keuken - man, man, person in charge
3
Chefin (n)
vrouw
4
Chefkoch (n)
keuken - man
5
Küchenchef (n)
beroep - man