baas (Nomen)

1

Ass (n)

intelligentie - vrouw, intelligentie - man, bekwaamheid - man
2

Riese (n)

grootte
3

Koloss (n)

grootte
4

Herrchen (n)

hond
5

Meister (n)

bekwaamheid - man
intelligentie - vrouw, intelligentie - man
7

Genie (n)

intelligentie - vrouw, intelligentie - man
8

Experte (n)

bekwaamheid - man
9

Brocken (n)

grootte
10
bedrijf - man