uitstaan (Verb)

1

tragen (v)

geestestoestand
2
geestestoestand
3

aushalten (v)

geestestoestand, to tolerate
4

erdulden (v)

geestestoestand
5

ertragen (v)

geestestoestand
6

ausharren (v)

geestestoestand
7

ausstehen (v)

persoon, to tolerate
8

leiden (v)

persoon
9

riechen (v)

persoon